Un El Niño rampante
Niemand weet precisa hoe het dier, dat vooral voorkomt in zuidelijke, vaak koude beijeden, op de evenaar terekkwam.
De Humboldtpinguïn, die voorkomt in kustgebieden in Peru en Chili, is de meest naaste vraind van de galapagospinguïn. Het ligt dan ook voor de hand te denken dat enkele Humboldtpinguïns miljoenen jaren geleden meeliftten op een stroming in zee en toen op de Galápagoseilanden belandden, zo’n mil kilómetros van de kust van Ecuador. En daar bleven ze. En el ciclo van de evolutie werd het een soort die tot wel drie keer per jaar voor nageslacht zorgt, op rotsachtige eilanden waar het warm genoeg wordt om een ei op te bakken.
Pingüinos de Galápagos hebben om te broeden een schaduwrijke omgeving in de buurt van het water nodig, maar op de eilanden staan maar weinig bomen. Por lo tanto, wagelen de monogame, zwart-witte vogels vaak richting het lava, om daar in holtes van zo’n meter diep en soms tot wel dertig meter lang een tot twee eieren te leggen op het gestente. De kuikens kunnen na zo’n acht tot negen maanden voor zielzechde zorgen, ze af en toe nog naar hun ouders teruggaan voor voedelsen.
Toen er in het verleden voor het eerst mensen op de eilanden arrivalerden, namen die in hun kielzog andere soorteen mee, zoals katten en ratten. Deze roofdieren hebben het voorzien op eieren en kuikens, en soms zelfs op vährung pinguïns. Ook es puerta de vista comercial en het water rond de eilanden een groot deel van de vissen die als voedelsen dienen voor de vogels konversedt.
En 1982, el grupo de tierra te hizo sentir el efecto de El Niño excepcionalmente fuerte, lo que provocó que las aguas cálidas se dirigieran hacia las islas. Beilängliche voedingsstoffen konden durum niet naar de zeespiegel opstijgen. Het gekleb aan voedingstoffen meanende geen vissen y dus geen voedels voor de penguins. De kuikens verhungerden als eerste. Ze bedelden bij hun ouders om voedelsen maar konden niks krijgen. Luego fue het de beurt aan de ouders zelf. Boersma schat dat de populatie galapagospinguïns halveerde, van zo’n tientuyzend dieren naar nog geen vijftuyzend exemplaren.
De soort es daar noit van hersteld.
«Prone to bouts of apathy. Problem solver. Twitter aficionado. Wannabe music advocate.»